
ANLb-pakket in the picture: Wintervoedselakker
Belangrijke voedselbron en schuilplek voor de akkervogel

De wintervoedselakker op het bedrijf van Jan Ham en zijn broer Ben in Nieuw-Vennep (NH) bedraagt 1,5 ha. In mei 2023 zaaide Ham de akker in met een mengsel van granen en zaden. „Je moet laat zaaien, zodat het gewas in de herfst het liefst niet helemaal is afgerijpt. Dan heb je in de winter wat lekkers voor de vogels. Een voorwaarde is dat je granen zaait; verder mogen er ook andere bloemen of kruiden op de akker staan. Wij hebben onder andere gekozen voor zonnebloemen. Dat ziet er in het najaar prachtig uit.”
Verbinding met omgeving
Het idee om een wintervoedselakker aan te leggen komt voort uit legselbeheer. Dat doen we al een aantal jaren op ons bedrijf, vertelt Ham. „Wij zetten op de boerderij in op de verbinding met de omgeving. Zo hebben we een zelfoogsttuin waar de burger in abonnementsvorm groente kan oogsten. We merken dat mensen het leuk vinden om met vrijwilligers van het agrarisch collectief mee te lopen om nesten te monitoren en iets over akkervogels te leren. Daar past een wintervoedselakker goed bij.” Daarnaast levert de akker, net als legselbeheer, extra inkomsten op uit de verschillende beheerpakketten. „Wij moeten ook naar de bakker en de slager”, lacht Ham.
Agrarisch collectief Noord-Holland Zuid, waarbij Ham is aangesloten, betaalt 2.120 euro per ha voor het ANLb-pakket Wintervoedselakker op klei en 1.840 euro per ha voor op zand, zegt veldcoördinator Dave Dirks. „Dat verschilt overigens per collectief. Wij hanteren het adviestarief. Dat is ook het maximum tarief.”
Verschillende mengsels
Een wintervoedselakker is een belangrijke voedselbron en schuilplek voor akkervogels, insecten en kleine zoogdieren, zegt Dirks. „Het perceel is bijvoorbeeld ook aantrekkelijk als veldbiotoop voor muizen. We leggen de akker het liefst in de buurt van opgaande bebouwing. Voor zaadetende vogels is opgaande begroeiing en struikgewas langs de wintervoedselakker van meerwaarde, omdat bomen voor beschutting tegen predatie zorgen.”
De omvang van een wintervoedselakker ligt vaak tussen de 1 en 1,5 ha, met een maximum van 2,5 ha. De akker mag meerdere jaren op één plek liggen, maar als ongewenste grassen de granen en planten verdringen, wordt deze in overleg met het collectief op een ander perceel opnieuw aangelegd. 90 procent van de oppervlakte moet gedurende de beheerperiode daadwerkelijk uit akkerkruiden en granen bestaan. Er zijn verschillende soorten mengsels verkrijgbaar; het collectief bepaalt welke mix geschikt is.
Goede balans van pakketten
Het mengsel bij de gebroeders Ham bestaat uit zomertarwe, zomergerst, zonnebloemen, boekweit, wilde korenbloem, gierst, klaproos, vlas en bladrammenas. De granen en zaden zijn interessant voor de akkervogels gedurende de winterperiode; de bloeiende soorten voor het aantrekken van insecten, zegt Dirks. „Je biedt met een breed mengsel van juni tot maart voedsel aan. Wij proberen te kijken naar een goede balans tussen de pakketten in een groter gebied: naast wintervoedselakkers kunnen dat ook bloemenblokken of meerjarige bloemenranden zijn. Zo kun je een bredere winterhabitat creëren voor verschillende dier- en plantensoorten.”
Jan Ham gaat dit voorjaar een nieuwe wintervoedselakker aanleggen op een ander stuk land. „We passen de akker in ons bouwplan in. We vinden het niet hinderlijk als een perceel of een deel daarvan niet in de rotatie meedraait. Het is juist goed om een stuk land een paar jaar rust te geven. Als het bouwplan schematisch maar klopt.”

Tekst: Annemarie Gerbrandy
Opgegroeid als burgermeisje met boerenbloed, maar al 25 jaar woonachtig op een melkveebedrijf. Journalist in hart en nieren, met een passie voor de land- en tuinbouw. Gaat graag 'de boer op'. Houdt ook van hardlopen.
Beeld: Dave Dirks, Ellen Meinen