Natuurvergunning voor afschot ganzen in Overijsselse natuur definitief van de baan

Die zette woensdag een streep door de natuurvergunning die Overijssel in 2019 voor de duur van vijf jaar gaf aan de Faunabeheereenheid Overijssel. De rechtbank deed dat in 2022 ook al. In zoverre verandert de uitspraak van de hoogste bestuursrechter dus niet veel. De vergunning werd in november 2022 al vernietigd. Dat gebeurde toen op aandringen van de Faunabescherming en de Vogelbescherming. Die verzetten zich tegen het schieten op vogels in natuurgebieden. Het ging om winterganzen waar tussen oktober en maart op gejaagd mocht worden.
De provincie vocht de uitspraak van de rechtbank vorige maand in hoger beroep aan bij de Raad van State. Overijssel vond dat het een goede afweging had gemaakt door niet te dichtbij slaap- en rustplaatsen van ganzen te schieten. Overijssel keek daarbij naar de provincie Friesland waar in een natuurvergunning een afstand van 150 meter was gehanteerd.
Meewegen landbouwbelang
Overijssel wilde in hoger beroep ook dat de Raad van State de landbouwbelangen zou meewegen bij het beoordelen van de natuurvergunning. In de negen beschermde gebieden De Wieden, Engbertsdijkvenen, Ketelmeer&Vossemeer, Uiterwaarden IJssel, Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht, Zwarte Meer, Weerribben, Sallandse Heuvelrug en Veluwerandmeren spelen niet alleen natuurbelangen, stelt de provincie. Er werken ook boeren en er is recreatie. Hierover zegt de Raad van State dat een integrale afweging van verschillende belangen geen afbreuk mag doen aan de natuurtoets.
Vergelijking met Friesland
Over de afstand van 150 meter zegt de hoogste bestuursrechter dat de Overijsselse zaak niet vergelijkbaar is met de Friese ganzenaanpak. In de Friese zaak had de afstand te maken met de verstoring van ganzen. In de Overijsselse zaak ging het juist om de verstoring van andere vogelsoorten. Een bufferzone waarin niet wordt geschoten van 150 meter is niet voor alle vogelsoorten groot genoeg.
Tekst: Adri Klinkenberg
Beeld: Agrio archief