
LTO stelt voorwaarden aan toevoegen grutto als broedvogel aan Vogelrichtlijngebieden

Staatssecretaris Rummenie wil extra maatregelen nemen ter bescherming van de grutto. Een onderdeel hiervan is het toevoegen van de grutto als broedvogel aan 25 Vogelrichtlijngebieden.
Maatregelen nodig
LTO laat in een reactie op de voorgenomen wijziging weten deze aanpak te onderschrijven. De boerenorganisatie benadrukt echter wel dat om de gruttopopulatie tot de gewenste grootte te kunnen laten herstellen, er maatregelen nodig zijn waarbij agrarisch weidevogelbeheer en actief predatiebeheer hand in hand gaan. 'Samenhang met het omliggende gebied en met de landbouwgronden is daarbij essentieel', aldus LTO.
Plas-plekken en bemesting
'Het scheppen van een omgeving waar grutto’s zich thuis voelen, vraagt om een aantal essentiële randvoorwaarden in inrichting en beheer, zoals plas-drasplekken, voldoende bemesting van grasland en effectief predatiebeheer', licht LTO toe. Zij zegt zich zorgen te maken dat het simpelweg toevoegen van de grutto als doelsoort, zonder aanpassingen in beheer en randvoorwaarden, zal leiden tot ambitieuze plannen die in de praktijk niet haalbaar zijn of weinig effect hebben.
Passende beloning
LTO vervolgt: 'Het slagen van dit plan hangt sterk af van de wil van alle partijen om de grutto prioritair te maken, het (weidevogel)beheer daarop in te richten, predatoren actief te beheersen en, zo nodig, andere natuurambities binnen het gebied bij te stellen. Een passende financiële beloning (via ANLb of op een andere manier) en vrijwilligheid voor agrarische ondernemers die hieraan bijdragen, is daarbij een harde randvoorwaarde.'
Samen met belanghebbenden
De belangenorganisatie roept de staatssecretaris daarom op om samen met alle relevante partijen (boeren, terreinbeheerders, wildbeheereenheden) de inrichting en het beheer van deze gebieden zo vorm te geven dat grutto’s er in de gewenste aantallen kunnen en wíllen broeden.