Melkveehouder Ommen hoeft van rechter voorlopig niet terug in koeien

Het college had op 25 juli bepaald dat de ondernemer het aantal melkkoeien op haar locatie moest terugbrengen, onder dreiging van een dwangsom van 5.000 euro per maand, met een maximum van 15.000 euro. Het besluit volgde op de constatering dat de ondernemer structureel meer koeien hield dan toegestaan.
Niet duidelijk
De voorzieningenrechter kon echter het procesdossier niet inzien, waardoor niet duidelijk was hoeveel dieren volgens de vergunning mochten worden gehouden en welk ammoniakemissieplafond gold. Ook inspectierapporten ontbraken. Hierdoor kon de rechter de overtreding niet volledig beoordelen en concludeerde dat het bezwaar van de ondernemer ‘redelijke kans van slagen’ heeft.
Belang ondernemer
Het belang van de ondernemer om in afwachting van de bezwaarprocedure haar koeien te behouden, woog zwaarder dan het belang van het college bij handhaving. De bezwaarprocedure wordt op 12 november behandeld. De voorlopige schorsing geldt tot vier weken na de bekendmaking van het besluit op bezwaar.
Daarnaast moet het college de ondernemer een proceskostenvergoeding van 1.814 euro en het betaalde griffierecht van 385 euro vergoeden.

Tekst: Erik Kruisselbrink
Is als freelance vakbladredacteur van vele markten thuis.
Beeld: Ruth van Schriek Agrio Archief
