Werkgelegenheid in agro en food in Overijsselse landbouw stijgt fors

Gemiddeld over alle sectoren groeide het aantal banen in Overijssel vorig jaar met 2 procent, zo meldt de provincie. De groei van het aantal banen in de landbouw in 2019 was voor het vierde jaar op rij. Daarbij ging het om lagere groeipercentages van jaarlijks tussen de 0,9 en 1,3 procent.

De agro en food-sector is belangrijk voor de Overijsselse economie en de werkgelegenheid. De sector is verantwoordelijk voor zo’n 10 procent van de inkomsten, 15 procent van de werkgelegenheid en 70 procent van het grondgebruik.

Dieptepunt

Voor 2016 was er vele jaren juist sprake van een structurele afname van de agrarische werkgelegenheid. Dieptepunt was 2011 toen het aantal banen met bijna 11 procent afnam. De schaalvergroting en mechanisatie van de bedrijven in samenhang met de economische crisis destijds werden daarvoor als oorzaken genoemd. Daarbij ging het vooral om de melkveehouderij, de grootste agrarische sector in Overijssel. De stijging van de werkgelegenheid bij leveranciers en producenten van agrarische kennis, producten en machines maar ook bedrijfsadviseurs kon destijds die negatieve trend niet doorbreken.

Krimp

Ongeveer 15 procent van het aantal banen in Overijssel direct of indirect gerelateerd aan de landbouw. Er zijn nu in totaal meer dan 600.000 banen en meer dan 100.000 vestigingen van bijvoorbeeld winkels, fabrieken, kantoren en bedrijfsruimtes in deze provincie. Vooral het aantal zzp’ers (zelfstandige zonder personeel) is vorig jaar sterk toegenomen.

De provincie waarschuwt wel dat de potentiële beroepsbevolking (alle inwoners van Overijssel tussen 15 en 75 jaar oud) vanaf 2021 gaat krimpen. Dit zal negatieve gevolgen hebben voor de werkgelegenheidsontwikkeling, maar hoeft niet te betekenen dat het slecht gaat met de economie.