Nieuwe directie op 1 november bij de Stadserven Kampereiland

Verbeek en Hunneman werken voor Eelerwoude in Goor (OV). Het gemeentebestuur van Kampen heeft ingestemd met de voordracht van beide kandidaten na een aanbestedingsprocedure door de Raad van Commissarissen van de Stadserven. Met de nieuwe directie komt na 17 jaar een einde aan de betrokkenheid van Noorderstaete Rentmeesters bij de Stadserven.
Zolderkamer
Die rol begon in 2003 met 400 dossiers in dozen die door Martin Visscher van Noorderstaete werden beheerd en gedigitaliseerd op een zolder aan de Oudestraat in het Kamper centrum. Door zijn inspanningen kon de gemeente Kampen in 2007 de Stadserven als professioneel pachtbedrijf bestuurlijk ‘op afstand zetten’.
In een reactie zegt Noorderstaete tevreden terug te kijken op een lange periode ‘waarin we met plezier, ambitie en geduld hebben gebouwd aan een duurzame toekomst voor agrarisch ondernemerschap op het Kampereiland en omstreken’.
Volgens de stadserven heeft de wisseling van de directie voor pachters en relaties geen directe gevolgen, afgezien van de komst van nieuwe gezichten.
Kavelruil
Afgelopen jaren is er veel aandacht besteed aan de levensvatbaarheid van de landbouw op het Kampereiland. Daarvoor zijn diverse middelen ingezet zoals het inmiddels afgeronde coaching traject voor (jonge) ondernemers over bedrijfsopvolging, ondernemerschap en duurzame bedrijfsvoering. Agrarische structuurversterking vormt een grote uitdaging voor dit oude poldergebied. Mede in dit licht is naar aanleiding van het waterveiligheidsprogramma langs het Zwarte Meer een proces van kavelruil opgestart. Dit kan boeren helpen om extra grond te verwerven of efficiënter te boeren.
Fors investeren
Tot eind 2014 verliep de gebiedsontwikkeling voornamelijk via het project Weidse Waarden. Er is fors geïnvesteerd in zaken als duurzame energie, innovatieve bedrijfsvoering, de ontwikkeling van streekproducten en de introductie van kringlooplandbouw. Ook droeg dat project bij aan de bewustwording van de relatie tussen de omgeving en de eigen agrarische bedrijfsvoering. Ook nu blijft de Stadserven de doelen van Weidse Waarden uitdragen en waar mogelijk faciliteren. Daarnaast is de continuïteit verzekerd van de projecten die door de Stadserven zijn opgezet op het gebied van kringlooplandbouw, streekproducten, energie en toerisme. Deze zijn inmiddels opgepakt binnen de Gebiedscoöperatie IJsseldelta, in 2015 opgericht als opvolger van het Nationaal Landschap IJsseldelta. De Stadserven heeft zitting in de stuurgroep Agro & Food van de Gebiedscoöperatie.
Vroeger
De geschiedenis van het gebied gaat terug tot 18 juni 1363 toen Bisschop van Utrecht Jan van Arkel een overeenkomst sloot over de verdeling van de polder Mastenbroek. Kort daarop verwierf de stad Kampen de Kampereilanden met ‘het eeuwig recht van op- en aanwas’ van alle zandplaten en gorzen die in de monding van de IJssel zouden opkomen.
Van oudsher behoorden niet alleen het Binneneiland, maar ook de Mandjeswaard, de Pieper, het Haatland, de Melm en het Buitendijks tot het Kampereiland. Al deze gebieden behoren nu tot de Stadserven. De naam verwijst naar het feit dat de boeren op het Kampereiland hun boerderij steeds pachtten van de stad Kampen. In feite is de landbouw al eeuwenlang de drager van natuur en landschap op het Kampereiland.
Door inpoldering en ‘op- en aanwas’ is het Kampereiland fors gegroeid. Tegenwoordig beslaat het totale areaal ongeveer 4.700 hectare. Aan het einde van de 20ste eeuw was de oppervlakte van de Kampereilanden nagenoeg driemaal groter geworden dan in 1363.
Tekst: Lauk Bouhuijzen
Beeld: Ellen Meinen