Getouwtrek over woning arbeidsmigranten met gemeente Tubbergen

In 2017 had de gemeente nog geen enkel probleem met het verbouwen van de leegstaande woning voor de huisvesting van een vijftiental arbeidsmigranten. Hij bouwde er twaalf kamers in, en Tubbergen vond het allemaal prima. Maar na klachten van buren draaide Tubbergen als een blad aan de boom om. Die legde in 2018 een forse dwangsom op om Wesselink te dwingen de kamerverhuur aan arbeidsmigranten te staken. De gemeente wil niet meer dan één huishouden in de woning. Lopende de dwangsomprocedure nam de gemeente een zogenoemd voorbereidingsbesluit waarbij de huisvesting van arbeidsmigranten in woningen in heel het Tubbergse buitengebied werd bevroren. Daarna stelde gemeente een nieuw bestemmingsplan vast waarbij het strenger huisvestingsbeleid werd vastgelegd.

Oneerlijk

Alleen woningen waar voor de peildatum van 30 november 2019 arbeidsmigranten zaten, vielen onder het zogenoemde overgangsrecht. Die datum viel volgens Wesselink niet geheel toevallig samen met de deadline van het dwangsombesluit. „Als er op 30 november nog arbeidsmigranten in de woning hadden gezeten, hadden we de gemeente 20.000 euro boete moeten betalen. Dus was de woning op 30 november leeg.” En omdat de woning op 30 november leeg was meent Tubbergen dat Wesselink geen recht heeft op het overgangsrecht, terwijl anderen in de omgeving op die datum wel arbeidsmigranten in woningen hadden zitten. Die vallen wel onder het overgangsrecht.

Wesselinks raadsman zei tijdens de zitting in Den Haag dat de gemeente buitengewoon oneerlijk te werk is gegaan. Een jaar later legde de gemeente weer een dwangsom op a 25.000 euro omdat Wesselink de woning aan drie arbeidsmigranten verhuurde. Vervolgens kwam Tubbergen met een derde dwangsom van 50.000 euro.

Schandalig

Al met al hoopt Wesselink dat de Raad van State Tubbergen eens flink de les leest. Rechter en staatsraad Eric Helder vroeg nog aan Wesselinks raadsman wat hij met deze rechtszaak hoopt te bereiken. „Wilt u alsnog legalisatie, of een schadevergoeding.” „Zo mogelijk allebei”, zei de raadsman. „De gemeente kan met een apart besluit Wesselinks huisvesting van arbeidsmigranten alsnog legaliseren.”

Volgens de gemeentewoordvoerster kan dat niet meer. „Omdat er op de peildatum geen arbeidsmigranten in de woning zaten valt die niet onder het overgangsrecht. En het past ook niet meer in ons beleid omdat er te dicht bij al een andere huisvesting voor migranten is. En we willen er niet teveel dicht op elkaar.”

Wesselink en zijn vrouw vinden het schandalig dat zij op deze manier door Tubbergen buiten spel is gezet. ”Die woning is later bedoeld voor één van onze kinderen. Maar die zijn nog jong. We wilden de woning ook niet jaren leeg laten staan. Maar nu kunnen we er niks mee”, aldus Wesselink-Eshuis.

De Raad van State doet binnen enkele weken uitspraak.