Verkiezingspeiling: BBB leidt met grote voorsprong onder boeren

In de peiling volgt op aanzienlijke afstand van BBB de SGP, die kan rekenen op 7 procent van de stemmen. VVD en CDA behalen elk ongeveer 6 procent van de stemmen in de peiling van AgriDirect. NSC (de partij van Pieter Omtzigt) kan rekenen op ongeveer 4 procent van de stemmen, terwijl de PVV ongeveer 2 procent van de stemmen krijgt. De overige partijen scoren allemaal lager dan 2 procent en delen gezamenlijk 5 procent van de stemmen. Ongeveer 5 procent van de boeren geeft aan nog niet te weten op welke partij ze zouden stemmen als er nu verkiezingen zouden zijn.

De peiling vond tussen 29 september en 1 oktober in de vorm van een online enquête die door 995 van de 15.000 geselecteerde boeren en tuinders werd ingevuld.

BBB verdubbelt

In het onderzoek is ook gevraagd op welke partij de boeren en tuinders bij de verkiezingen in 2021 hebben gestemd. BBB kan rekenen op een ruime verdubbeling van het aantal stemmen in vergelijking met 2021 (30 procent in 2021 tegen van 66 procent op dit moment). Waar 25 procent van de boeren en tuinders aangeeft in 2021 op het CDA gestemd te hebben en 21 procent op de VVD, is dit nu voor beide partijen slechts 6 procent. De SGP en PVV blijven redelijk gelijk aan wat de boeren aangeven in 2021 gestemd te hebben.

Varkens- en pluimveehouders

Binnen de verschillende agrarische sectoren heeft de BBB de grootste aanhang onder varkens- en pluimveehouders, waarvan maar liefst acht van de tien aangeeft op deze partij te stemmen als er nu verkiezingen zouden zijn. Ook melkveehouders tonen aanzienlijke steun voor BBB. Van deze groep geeft zeven van de tien aan hun stem aan deze partij te geven als er nu verkiezingen zouden zijn. Akkerbouwers volgen op de derde plaats met twee derde van de stemmen voor BBB.

Zuid-Nederland

Wat betreft de geografische verdeling heeft BBB de grootste achterban in Zuid-Nederland, waar op dit moment ongeveer drie kwart van de boeren en tuinders van plan is om op BBB te stemmen. In Noord-Nederland en Oost-Nederland geeft zeven van de tien de voorkeur aan BBB, gevolgd door West-Nederland, waar ruim de helft van plan is om op BBB te stemmen. Het aandeel in West-Nederland is logischerwijs te verklaren door de hoge concentratie tuinbouwbedrijven in dit gebied, waarbij de BBB in vergelijking met andere sectoren minder presteert. In West-Nederland vormt de SGP met 12 procent van de stemmen de grootste bedreiging voor BBB.